De Nederlandse Gemalenstichting

Rijksstoomgemaal Arkelse Dam

Rijksstoomgemaal Arkelse Dam Arkel


Adres
Sluisweg 1
4241 EA Arkel

Eigenaar
Niet van toepassing
Stichtingsjaar
1826

Status
Gesloopt

Functie
Boezemgemaal
Bemalinggebied
Boezem van de Zederik

lozend op
Linge

Totaal capaciteit
0 m³/minuut
Ontwerper
Jan Blanken

Monumentenstatus
Geen

 

OORSPRONKELIJKE INSTALLATIE


Motor
Stoom
Pomp
Scheprad
 

HUIDIGE INSTALLATIE


Motor
Geen

Pomp
Geen

Capaciteit
0 m³/minuut

Opvoerhoogte
--

 

Het in 1826 naar ontwerp van ingenieur Jan Blanken gestichte stoomschepradgemaal voor de Zederikboezem aan de Arkelse Dam was één van de eerste stoombemalingsprojecten van de dienst Waterstaat. In 1817 werd besloten tot verbetering van de Linge-uitwatering, door deze met behulp van het Kanaal van Steenenhoek stroomafwaarts te verleggen naar Hardinxveld. Dit gaf met name voor de Betuwsche en Tielerwaardpolders wel verbetering, maar voor de Vijfheerenlanden had dit niet het beoogde effect. Daarom werd in 1824 besloten de Zederikboezem bij de Arkelsche Dam op de Linge af te malen met behulp van een stoomgemaal.
Blanken werd met de algemene leiding belast, met als eerstaangewezen ingenieur F.W. Conrad jr. De installatie werd geleverd door Cockerill in Seraing en bestond uit drie verticale roterende balansstoomachines die drie schepraderen van 7,5 m diameter en 52 cm breedte aandreven. De schepraderen waren naast elkaar in een groot machinegebouw geplaatst. De stoommachines maakten 26 slagen per minuut en hadden een cilinderdiameter van 75 cm, een slag van 1 .50 m en een vermogen van 30 pk. Door middel van een balans en krukas werd de lineaire beweging van de verticaal opgestelde zuiger omgezet in een draaiende beweging, die via een tandwieloverbrenging werd overgebracht op de schepraderen. Deze bewogen met 7 omwentelingen per minuut en waren geconstrueerd om met een tasting van twee meter elk meer dan 100 m3 per minuut op te voeren, tegen een opvoerhoogte die normaal gering was, maar in bijzondere omstandigheden tot 1,5 m kon oplopen.
Het gemaal was echter weinig succesvol. Het rendement bleek nogal tegen te vallen door de voor de schepraderen ongunstige, sterk wisselende opvoerhoogten. Het gemaal voldeed weliswaar in technische zin, maar was kostbaar in gebruik en werd al in 1865-1867 gemoderniseerd, waarbij de stoomketels en schepraderen werden vervangen en twee hulp-centrifugaalpompen bijgeplaatst werden, die werden aangedreven door een vierde (horizontale) stoommachine. Het rendement bleek echter nog steeds onder de maat. De taken van het gemaal werden vanaf 1865 deels overgenomen door het nieuwe stoomgemaal Boezem van de Linge in het Kanaal van Steenenhoek bij Hardinxveld-Giessendam. Na de ingebruikname van het nieuwe gemaal Mr. dr. G. Kolff in 1945 werd het gemaal definitief buiten gebruik gesteld werd. Het gebouw werd na een brand in 1993 gesloopt. Eén van de machines werd overgebracht naar het museumgemaal De Cruquius.

 
Kaart:

ZOEK IN DE DATABASE

Naam of plaats van het gemaal
 

UITGEBREID ZOEKEN

Provincie
Eigenaar / beheerder
Status
Monumentenstatus
Huidig opvoerwerktuig
Oorspronkelijk opvoerwerktuig
Huidige aandrijving
 
Oorspronkelijke aandrijving
Stichtingsjaar

Uitgebreid zoeken in de database