Het gemaal was oorspronkelijk uitgerust met een scheprad, dat werd aangedreven door een horizontaal, dubbel werkend stoomwerktuig van 45 pk met twee Cornwall ketels. Het bemaalde de polders Kedichem met Oosterwijk, Hoog- of Klein Oosterwijk en Rietveld en liet het opgevoerde water uit op de Beneden Linge.
Al kort na de oplevering bleek het gemaal niet te voldoen en werd het scheprad vervangen door een centrifugaalpomp. In 1924-1926 werd de gehele installatie vernieuwd door twee ASEA elektromotoren van 50 en 70 pk, die werden gekoppeld aan Pannevis centrifugaalpompen met een capaciteit van respecievelijk 50 en 80 m3/min. In 1985 werd het gemaal gerenoveerd, waarbij de kleinste motor en pomp verwijderd werden. Het gemaal heeft met de overgebleven, uit 1926 daterende, motor en pomp nu een capaciteit van 90 m3/min.